top of page
  • dayonelegal

Wat er ook gebeurt altijd blijven lachen: Bassie & Adriaan en de vervangende schadevergoeding

Bijgewerkt op: 28 jan. 2021

Wie kent ze niet: Bassie & Adriaan en de vele succes-series. Denk alleen al aan De plaaggeest, De huilende professor, Het geheim van de sleutel en De diamant. Ze stonden stuk voor stuk voor succes en een omvangrijk kijkerspubliek. In een geheel ander tijdperk (1977-1992), met véél minder televisieaanbod en (nog) geen internet. Een tijdperk ook waarin ook de video en later DVD-verkoop – naast de televisieuitzendingen – zorgden voor doorlopende serieuze inkomsten. Het lijkt nu onvoorstelbaar maar de bron van die specifieke inkomsten was bij hitseries als deze enorm groot.


Net zoals bij sommige andere hitseries het geval is, kleeft ook aan deze hitseries een smetje. Namelijk het feit dat er ruzie is ontstaan tussen (letterlijk) Bassie en Adriaan en acteurs met bijrollen, waaronder ‘De Baron’. Vijf acteurs stapten naar de rechter omdat ze meenden niet of te weinig betaald te hebben gekregen met betrekking tot juist die genoemde video- en DVD-verkopen.


Bassie & Adriaan hebben in het verre verleden met hun B.V.’s de exploitatierechten van hun series van Joop van den Ende Theaterproducties (thans Endemol) overgenomen. Daaronder waren ook begrepen, zo oordeelde het Hof in Den Haag al in 2013, de betalingsverplichtingen tegenover de genoemde vijf acteurs. Ook had het Hof al in 2013 bepaald dat de acteurs recht hadden op een vergoeding voor de vanaf 2002 in de handel gebrachte beeld- en geluiddragers (voorzover hun ‘prestatie’ daarin voorkwam). En tóch betaalden Bassie & Adriaan niet.


Wél hadden Bassie & Adriaan opgave gedaan van verkoopinformatie, zoals het Hof hen ook had bevolen. De relevante omzet zou bijna EUR 1 miljoen bedragen, zo leert de uitspraak. Aan de hand daarvan hadden de acteurs door NORMA (de naburige rechtenorganisatie voor musici en acteurs) laten berekenen dat zij aanspraak konden maken op zo’n EUR 180.000,- inclusief rente (wat al bijna de helft is) aan vervangende schadevergoeding. Ook hier leek echter een vuiltje aan de lucht, want de BV van Bassie was inmiddels ontbonden en opgehouden te bestaan. De rechtbank Rotterdam poetst dat vuiltje hier echter snel weg, want zij oordeelt dat de onderhavige schadestaatprocedure, waarin de schade wordt vastgesteld, voortvloeit uit een procedure die dateert van vóór de ontbinding. Uit vaste rechtspraak volgt dat ‘snel ontbinden’ dan geen effect (meer) heeft. Oftewel, je kunt je niet makkelijk aan een procedure onttrekken door snel je B.V. te ontbinden tussen twee procedures in. Daarom acht de rechtbank de acteurs gewoon ontvankelijk in hun vorderingen tegen ook Bassie (althans Bassie’s B.V. Bassie Produkties B.V.).


De schadeberekening is echter nog een lastige. Want waar de acteurs betogen dat er een percentage betaald moet worden als percentage van genoemde omzet, langs de lijn van het (vermeende) gegeven dat er 15% gereserveerd zou moeten worden voor de bijrol-spelers, weten Bassie en Adriaan aannemelijk te maken dat daardoor een scheef en onjuist beeld zou ontstaan. Zij voeren dat betoog aan de hand van het feit dat er méér bij-acteurs zijn (geweest) dan deze vijf, én op basis van het aantal speelminuten afgezet tegen het totaal aantal minuten van de series. Ook ontstaat er discussie over het gewicht van de hoofdrollen versus de bijrollen, en de tijd die – los van de vraag hoe een en ander is ge-edit – de acteurs aan de opnames hebben besteed.


De rechtbank ziet echter goed dat de verkoopomzet uiteraard niet hetzelfde is als de inkomsten die Bassie & Adriaan daadwerkelijk hebben ontvangen. Ook ziet de rechtbank scherp dat 15% van de omzet hier niet speelt, omdat waar dit percentage een rol speelt, gedoeld is op 15% van het budget. De kosten van de bij-acteurs zouden volgens het budget 15% van het totaalbudget zijn. Dat is iets geheel anders dan waar de acteurs zich op beroepen. Tot slot zijn ook de ‘speelminuten’ geheel anders, lees ‘ondergeschikter’, dan geschetst. Oftewel, de onderbouwing voor de schadevordering rammelt.


De rechtbank beslist vervolgens dat zij het schadebedrag zal schatten, en daar heeft ze naar eigen zeggen geen deskundigen voor nodig. Dit laatste wil de rechtbank niet, gelet op de inmiddels hoge leeftijd en gezondheidssituatie van het circusduo, het feit dat verdere vertraging niet gewenst is (ook niet nadat eisers eerst lang gewacht hebben met het starten van deze procedure en hun vorderingen beter hadden kunnen onderbouwen aldus de rechtbank) en het feit dat extra kosten voor deskundigen niet wenselijk zijn.


De rechtbank wijst daarop EUR 15.000,- toe. Let wel: aan alle eisers gezamenlijk. Plus rente, dat dan weer wel, en die zal vrijwel even hoog zijn. Maar tegenvallen zal het na al die jaren procederen. Zeker nu er ook geen kostenveroordeling volgt. Drommels, drommels, drommels aldus De Baron, die in de media wel al heeft laten weten zich hierbij neer te leggen.


Voor alle vragen over portretrechten, prestaties, auteursrechten, billijke vergoedingen en film- en televisierechten kunt u contact opnemen met Charissa Koster, via koster@dayonelegal.nl of +316 5353 8576






242 weergaven0 opmerkingen
bottom of page